Het is een tongbreker, die naam Wraith, en we hebben er vaak mee in de knoop gelegen tijdens de test. Want naast de lastige uitspraak is ook de betekenis niet meteen zonneklaar. Wraith is de Schotse benaming voor een geest die een duplicaat is van iemands ziel. Zoiets. De link is natuurlijk wel duidelijk: Phantom, Ghost, Wraith. Het Rolls-rijk zit vol spoken, al is er ook een aanknopingspunt met het verleden. In 1938 was er al eens een Wraith, toen een gloednieuw model op een gloednieuw chassis. Dat is nu niet het geval. Onder de Phantom-reeks wil Rolls-Royce namelijk een tweede familiestruik planten, nog eens een driekoppige clan die bestaat uit de Ghost, de Wraith als coupéversie en broederlijk daarnaast nog een cabrio. Die zal zijn dak laten vallen op het komende Salon van Frankfurt. Ondanks zijn positie onder de Phantom coupé mag je de Wraith niet onderschatten. ‘Hij is een hommage’, zei ceo Thorsten Muller, ‘aan de pioniers en avonturiers uit de vroege vorige eeuw die niet alleen roem vergaarden met hun verre ontdekkingen en expedities, maar evengoed met de onverwoestbare machines waarmee ze de planeet afschuimden.’ Klinkt dat overromantisch, dan houdt Rolls-Royce het niet op loze beloftes. De twaalfcilinder van de Wraith braakt 632 paarden uit (170 meer dan in die Phantom). Bovendien claimt de fabriek dat hij in 4,6 seconden de 100 km/u wegwaft, wat er de sterkste en snelste van de ganse aristocratenfamilie van maakt. We zeiden het al, een interessant figuur.